FAQ: Vitamine B12
1. Welke vormen van vitamine B12 bestaan er?
Vitamine B12 in supplementen komt vaak voor als cyanocobalamine. Daarnaast bestaan er methylcobalamine en adenosylcobalamine – dit zijn de vormen die in het lichaam actief zijn.
2. Zijn de ‘actieve’ vormen beter?
Dat lijkt logisch, maar zo werkt het niet. In de lichaamscellen wordt de groep waaraan B12 gebonden is (bijvoorbeeld: cyano-, methyl- of adenosyl-) eerst losgekoppeld. Pas daarna zet het lichaam de vitamine B12 zelf om in de actieve vorm die nodig is.
3. Wordt de ene vorm beter opgenomen dan de andere?
Nee, er is geen verschil in opname en transport in het lichaam tussen de verschillende vormen.
4. Bevat cyanocobalamine de stof cyanide?
Ja, cyanocobalamine bevat een kleine hoeveelheid cyanide. Ter vergelijking: een glas kersensap bevat (veel) meer cyanide dan een tablet met vitamine B12. Ook deze hoeveelheid is volkomen veilig. Alleen mensen met ernstig nierfalen of de ziekte van Leber kunnen cyanide minder goed afbreken. Zij kiezen daarom beter voor een andere vorm, zoals methylcobalamine.
5. Is het beter om een B12 tablet onder de tong te laten smelten?
Dit mag, maar is niet nodig. B12 kan als zuigtablet worden ingenomen, maar mag ook direct worden doorgeslikt. De B12 wordt voornamelijk in het maag-darmkanaal opgenomen.